Als u zorg ontvangt op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) of Wet langsdurige zorg (voorheen AWBZ) dan betaalt u hierover sinds 2013 een inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Voor mensen met een laag inkomen en een hoog box 3-vermogen kan dit betekenen dat u aanzienlijk meer moet betalen dan voorheen. Hoeveel moet u betalen? En wat kunt u doen om de hoogte van de eigen bijdrage te verminderen?
De eerste zes maanden van uw verblijf in een verpleeg- of verzorghuis betaalt u de lage eigen bijdrage. Daarna betaalt u - afhankelijk van uw persoonlijke omstandigheden - een lage bijdrage (2015: minimaal € 158,60 per maand en maximaal € 832,40 per maand) of een hoge eigen bijdrage. Deze is voor 2015 vastgesteld op maximaal € 2.284,60 per maand.
Andere berekening eigen bijdrage
De berekening van de eigen bijdrage is in 2013 aangepast:
12 in plaats van 4 procent
Wanneer u in het peiljaar vermogen heeft in box 3 (zoals spaargeld, beleggingen of een tweede woning) dan telt voor het berekenen van de eigen bijdrage 8% van de waarde van dat vermogen (na aftrek van het heffingsvrije vermogen) mee als inkomen. Indien u een partner heeft, geldt het gezamenlijke inkomen en box 3-vermogen als maatstaf voor de berekening van de eigen bijdrage.
Bedenk dat deze 8 procent bovenop de algemene vermogensrendementsheffing van 4 procent komt. Kortom, in vergelijking met iemand die geen box 3-vermogen heeft, betaalt u in totaal 12 procent.
Eigen woning
Voor het bepalen van de eigen bijdrage is uw woning een aandachtspunt:
De eigen bijdrage verlagen
De nieuwe berekening van de eigen bijdrage (per 1 januari 2013) kan tot gevolg hebben dat een laag inkomen en in combinatie met een hoog box 3-vermogen leidt tot een aanzienlijke stijging van de eigen bijdrage. De vraag komt dan ook op of het zinvol is uw box 3 vermogen (tijdig) te verlagen en op welke wijze dit mogelijk is. Daartoe zijn de meest voor de hand liggende mogelijkheden: schenken, erfdelen kinderen, opstellen levenstestament.
Voorzichtigheid gewenst
Hoewel er verschillende mogelijkheden zijn om tot een vermindering van de eigen bijdrage te komen, is voorzichtigheid bij de toepassing op zijn plaats. Welke mogelijkheid bij u past, is geheel afhankelijk van uw situatie.
Bij schenken dient te worden bedacht dat dit niet altijd de meest zinvolle of verstandige oplossing hoeft te zijn. Als schenker moet u over voldoende vermogen beschikken om te kunnen schenken en dus voldoende overhouden om (naar wens) van te kunnen blijven leven. Indien u bijvoorbeeld over weinig box 3-vermogen beschikt, maar wel een behoorlijk inkomen, dan betaalt u een hoge eigen bijdrage. Schenking leidt in dat geval weliswaar tot een verkleining van die bijdrage, maar ook tot verlies van middelen om van te leven. Van uw vermogen kunt u immers niet leven, omdat u dat dan niet heeft. Daarnaast leidt schenking bij de verkrijger tot een vermogenstoename. De verkrijger betaalt dus meer inkomstenbelasting en verliest wellicht toeslagen.
Tenslotte zij er nogmaals op gewezen, dat het effect van iedere te nemen maatregel pas na twee jaar. Voor de berekening van de eigen bijdrage wordt immers gekeken naar uw vermogenssituatie van twee jaar geleden.